De proefscheiding: een alternatief voor scheiding van tafel en bed
Sinds 2000 is het niet meer verplicht om samen te wonen tijdens het huwelijk. Een scheiding van tafel en bed, die door de rechter moet worden vastgelegd, komt daardoor minder vaak voor. Een alternatief is de proefscheiding, waarbij u en uw partner tijdelijk apart wonen zonder dat daar afspraken over gemaakt hoeven te worden.
Als u en uw partner (nog) niet officieel willen scheiden, maar niet meer samen willen of kunnen wonen, kan een proefscheiding uitkomst bieden. Partners gebruiken deze periode vaak om rust en ruimte te creëren en om praktisch en emotioneel te ervaren hoe het is om uit elkaar te zijn zonder officieel te scheiden. Een proefscheiding heeft geen juridische gevolgen.
Het verschil tussen een proefscheiding en een scheiding van tafel en bed
Een scheiding van tafel en bed moet bij de rechter worden vastgelegd. Wanneer u in gemeenschap van goederen getrouwd was, wordt de gemeenschap ontbonden en moeten er afspraken worden gemaakt over de verdeling. Uw vermogen, bezittingen en schulden zijn niet langer gemeenschappelijk.
Afspraken bij een proefscheiding hoeft u niet vast te leggen
Bij een proefscheiding bepaalt u zelf of u afspraken wilt maken over spullen, vermogen, schulden en uw kinderen. Het maken van afspraken is niet verplicht, maar wel aan te raden. De drie belangrijkste onderwerpen om afspraken over te maken zijn de kinderen (een ouderschapsplan), de verdeling van spullen en de financiën. Het is aan te raden om deze afspraken op papier te zetten, eventueel onder begeleiding van een mediator, maar het is niet nodig de afspraken vast te laten leggen door een rechter.
Geen fiscale of juridische gevolgen
Een proefscheiding heeft in beginsel geen fiscale of juridische gevolgen; officieel bent u immers nog getrouwd. Dat betekent echter ook dat u niet kunt profiteren van de fiscale voordelen die voor (sommige) gescheiden partners gelden. Hoe lang een proefscheiding duurt, staat van tevoren niet vast en bepaalt u samen met uw partner. Er geldt geen minimale of maximale duur van een proefscheiding.
